BOX 3 Opgaaf werkelijk rendement

In dit artikel is gave nieuwe functionaliteit verwerkt die wordt uitgeleverd met een patch op Profit 6.

Let op:

Je kunt de OWR op dit moment nog niet uitwerken in fiscaal. Het wordt eind juli 2025 beschikbaar met een patch op Profit 6.

Voor de jaren 2017 tot en met 2024 heeft de Belastingdienst het mogelijk gemaakt om onder voorwaarden een opgaaf te doen van het werkelijk rendement (OWR) van BOX 3. Dit is niet verplicht. Deze opgaaf werk je vanaf eind juli 2025 in Profit 6 uit en verstuur je vervolgens naar de Belastingdienst. Wil je hier gebruik van maken, maar ben je nog niet over op Profit 6? Vervroeg dan de overgangsdatum naar de nieuwe versie.

Het OWR is in het leven geroepen na de uitspraak van de Hoge Raad op 24 december 2021, waarin werd bepaald dat het belastingstelsel voor vermogen (BOX 3) sinds 2017 niet correct was. Dit stelsel ging ervan uit dat je met meer vermogen hogere rendementen behaalt. Dit klopte niet altijd. Door deze uitspraak in 2021 moest de overheid belastingbetalers compensatie bieden, wat eerst gebeurde via tijdelijke wetten. In juni 2024 kwamen er nieuwe uitspraken, die leidden tot de Wet Tegenbewijsregeling box 3. Deze wet, goedgekeurd op 12 juni, laat cliënten hun echte rendement bewijzen met het OWR-formulier, zodat ze geld terug kunnen krijgen als hun werkelijke rendement lager was dan het berekende rendement.

Het formulier Opgaaf Werkelijk Rendement (OWR) is een nieuw aangiftetype die los gestart kan worden voor de jaren 2017 t/m 2024 vanuit de cockpit van de cliënt IB.

Opstarten OWR

  1. Open Fiscaal InSite.
  2. Open de cockpit van de cliënt IB voor het aangiftejaar 2017, 2018, 2019, 2020, 2021, 2022, 2023 of 2024.
  3. Klik rechts op de actie OWR 20XX.

Let op:

Voor de jaren 2021 t/m 2024 is het alleen mogelijk om een OWR-formulier in te sturen als over het betreffende jaar een aangifte IB/PVV is verstuurd óf als een definitieve aanslag IB/PVV over het betreffende jaar is ontvangen. Voor de jaren 2017 t/m 2020 is het alleen mogelijk om een OWR-formulier in te sturen als de cliënt IB op of na 24-12-2021 een definitieve aanslag over het betreffende jaar heeft ontvangen óf als de cliënt IB een definitieve aanslag over het betreffende jaar heeft ontvangen die op 24-12-2021 nog niet onherroepelijk vaststond (bijvoorbeeld vanwege deelname aan de massaal bezwaar procedure). Daarnaast moet voor de jaren 2017 t/m 2020 op tijd een verzoek tot ambtshalve herziening zijn gedaan. Zie voor meer informatie de uitleg van de Belastingdienst.

Overnemen gegevens

Op dit moment is het nog niet mogelijk om aangiftedata over te nemen vanuit de aangifte IB naar OWR. Dit zal mogelijk worden vanaf een patch op Profit 6

De aangifte beschikt over een partnerkoppeling. Bij fiscaal partnerschap moet voor elke partner een los OWR-formulier worden ingevuld en verstuurd. Hierbij wordt de systematiek van de aangifte IB gevolgd: je werkt de gezamenlijke bezittingen/schulden bij één van de partners uit, en vervolgens berekent Profit automatisch een gezamenlijk rendement en worden de gezamenlijke gegevens voor beide partners in het XBRL-bericht aangegeven.

Inhoud

Persoonlijke gegevens

Op het scherm Persoonlijke gegevens worden de stamgegevens van de cliënt IB overgenomen, daarnaast wordt het BSN van de fiscaal partner en de situatie van het partnerschap overgenomen uit de aangifte IB van hetzelfde jaar. Als deze aangifte niet aanwezig is, dan staat dit veld open en kun je zelf de situatie van het fiscaal partnerschap selecteren (Geen fiscaal partnerschap, Fiscaal partnerschap voor een deel van het jaar, Fiscaal partnerschap voor het hele jaar of Fiscaal partnerschap voor de binnenlandse periode). Afhankelijk van de waarde in dit veld worden de juiste bezittingen/schulden overgenomen van de aangifte van de partner. Het veld Telefoonnummer wordt niet overgenomen en kun je dus desgewenst handmatig vullen.

Werkelijk rendement - Bezittingen

Bij het verwerken van de bezittingen vul je bij een aantal specificaties de waarde aanschaffingen/stortingen en de waarde vervreemdingen/onttrekkingen in. Dit doe je bij de volgende specificaties:

  • Beleggingen in aandelen, obligaties en dergelijke
  • Uitgeleend geld
  • Niet vrijgesteld deel kapitaalverzekeringen
  • Rechten op periodieke uitkeringen en verstrekkingen
  • Overige bezittingen

Op basis hiervan wordt de juiste waardeverandering berekend, wat het daadwerkelijke rendement oplevert. De waardeverandering wordt in twee stappen berekend:

  1. Van de eindwaarde (dit is meestal de waarde op 31 december) wordt de beginwaarde afgetrokken (dit is meestal de waarde op 1 januari).
  2. In deze uitkomst kunnen ook mutaties verwerkt zijn die níet behoren tot het werkelijk rendement. Denk bijvoorbeeld aan extra aankopen van aandelen en gestorte premies (waarmee de eindwaarde is verhoogd) of verkopen van bezittingen tegen nominale waarde (waarmee de eindwaarde is verlaagd).

Voorbeeld

Op 1 januari had de cliënt IB beleggingen in aandelen van € 60.000. Gedurende het jaar boekt de cliënt een bedrag van € 2.000 over vanuit de beleggingsportefeuille naar zijn betaalrekening. Daarnaast koopt de cliënt voor € 5.500 extra aandelen aan, die zijn bijgeschreven op de beleggingsrekening. Op de totale portefeuille ontvangt de cliënt nog € 9.000 dividend (tevens ontvangen op de beleggingsrekening). Per 31 december heeft de totale beleggingsportefeuille een waarde van € 80.000.

Het werkelijk rendement op de aandelen wordt nu als volgt berekend:

  • Waarde van de beleggingen op 31 december: € 80.000
  • Waarde van de beleggingen op 1 januari: € 60.000 -/-
  • Totaal waarde stortingen: € 14.500 -/- (€ 5.500 + € 9.000)
  • Totaal waarde onttrekkingen: € 2.000 +/+
  • Totaal waardemutaties: € 7.500
  • Totaal direct rendement: € 9.000 +/+
  • Werkelijk rendement hele jaar: € 16.500

Het dividend is bijgeschreven op de rekening en dus een storting. Het dividend behoort wel tot het werkelijk rendement en wordt later in de berekening als Totaal direct rendement meegenomen.

Sommige vorderingen en schulden zijn vrijgesteld voor inkomstenbelasting en deze hoeven daarom ook niet opgegeven te worden in het OWR-formulier. Het uitgangspunt van het OWR-formulier is de aangifte IB die al voor het belastingjaar is ingevuld, waarin de vorderingen en schulden staan. Een voorbeeld van zo'n vrijstelling is het deel van de erfenis dat een kind pas krijgt als de langstlevende ouder overlijdt. De langstlevende ouder heeft in dit geval een schuld aan het kind. De waarde van deze vordering en schuld hoeft niet te worden ingevuld. Vanaf het belastingjaar 2023 zijn ook de vorderingen tussen fiscale partners en de vorderingen van minderjarige kinderen op hun ouders vrijgesteld voor de inkomstenbelasting. Omgekeerd geldt dat schulden tussen fiscale partners en schulden van ouders aan hun minderjarige kinderen vanaf 2023 niet meetellen.

Bankrekeningen in Nederland / buiten Nederland en Contant geld

Beleggingen in aandelen, obligaties en dergelijke en Uitgeleend geld

Onroerende zaken in/buiten Nederland

Niet vrijgesteld deel kapitaalverzekeringen

Rechten op periodieke uitkeringen en verstrekkingen

Overige bezittingen

Werkelijk rendement - Schulden

In het OWR-formulier zijn de volgende specificaties aanwezig om de schulden te specificeren:

  • Schulden onroerende zaken in Nederland gelegen
  • Schulden onroerende zaken buiten Nederland gelegen
  • Schulden op overige bezittingen
  • Andere schulden

Bij het overnemen van de BOX 3 schulden vanuit de aangifte IB met een binnenlands biljet worden alle schulden aan de specificatie Andere schulden toegevoegd in het OWR-formulier. Dit is namelijk in de aangifte IB met een binnenlands biljet de enige bestaande specificatie m.b.t BOX 3 schulden. Als je wel uitsplitsing van deze andere schulden wilt, kun je de regels zelf verdelen over de specificaties in het OWR-formulier. De aangifte IB met een C- en M-biljet kent wel een uitsplitsing in de schulden zoals in het OWR-formulier.

Voor de berekening van het veld Werkelijk rendement hele jaar vul je de volgende onderdelen:

  • Identificerende omschrijving van de schuld
  • Betaalde rente
  • Eventuele valutaresultaten en bijzondere waardemutaties

In het veld Valutaresultaten en bijzondere waardemutaties gaat ‘bijzondere waardemutaties’ het om een verschil tussen waardering op basis van nominale waarde en waarde economisch verkeer in het betreffende jaar. En verschil in waardering wegens kwijtschelding van de schuld wordt als negatieve waarde opgenomen.

Werkelijk rendement - Totaalsaldo werkelijk rendement (bij fiscaal partnerschap gezamelijk)

In deze veldgroep wordt een berekening gemaakt van het totaal werkelijk rendement. Dit totaal wordt berekend door het totaal werkelijk rendement op bezittingen te verminderen met het totaal werkelijk rendement op de schulden. Bij fiscaal partnerschap en een gekoppelde partner wordt het werkelijk rendement over beide partners gezamenlijk berekend.

Als sprake is van een binnenlands biljet of C-biljet en het veld Fiscaal partnerschap op het scherm Persoonlijke gegevens is gevuld met Fiscaal partnerschap voor het hele jaar of Fiscaal partnerschap voor een deel van het jaar, dan wordt het totaal werkelijk rendement berekend door het totaal werkelijk rendement over alle bezittingen te verminderen met het totaal werkelijk rendement over alle schulden, waarbij de bezittingen en schulden inclusief het werkelijk rendement daarover van beide partners in aanmerking worden genomen. Het gaat dus om een gezamenlijk rendement. Als de uitkomst van het werkelijk rendement negatief is, dan wordt de uitkomst afgekapt op nihil.

Voorbeeld

Partner A en B zijn fiscaal partner voor het hele jaar. Voor beide partners is een OWR-formulier ingevuld met de volgende rendementen.

 

Partner A

Partner B

Totaal

Werkelijk rendement bezittingen

€ 50.000

€ 70.000

€ 120.000

Werkelijk rendement schulden

€ 15.000

€ 25.000

€ 40.000

Saldo werkelijk rendement

€ 35.000

€ 45.000

€ 80.000

Het totaal saldo werkelijk rendement, van € 80.000 wordt getoond in het veld Totaalsaldo – Werkelijk rendement hele jaar.

M-biljet

In het M-biljet wordt op een vergelijkbare wijze een berekening gemaakt van het totaalsaldo werkelijk rendement, maar hier wordt een totaalsaldo voor de binnenlandse periode, buitenlandse periode en het hele jaar gegeven. Ook bij het M-biljet wordt rekening gehouden met de status van het fiscaal partnerschap voor de eventuele samentelling van bezittingen/schulden bij partnerschap.

Werkelijk rendement - Vergelijking voordeel uit sparen en beleggen op basis van forfaitair rendement en werkelijk rendement

In deze veldgroep wordt het verschil berekend tussen het voordeel uit sparen en beleggen op basis van werkelijk rendement en het voordeel uit sparen en beleggen op basis van forfaitair rendement. Hierbij is het "forfaitair rendement" het rendement op basis van het oude stelsel (dat wil zeggen: ofwel op basis van het schijvenstelsel met rendementsklassen ofwel op basis van de forfaitaire spaarvariant).

  • Voordeel uit sparen en beleggen op basis van forfaitair rendement (berekend tenzij gespecificeerd)

    Als een aangifte IB in hetzelfde jaar aanwezig is, dan wordt deze waarde uit deze aangifte overgenomen. Als de aangifte IB in Profit ontbreekt (deze is via externe software ingediend), dan vul je deze specificatie handmatig.

  • Voordeel uit sparen en beleggen op basis van werkelijk rendement (berekend tenzij gespecificeerd)

    In dit veld wordt het voordeel uit sparen en beleggen op basis van het (gezamenlijk) werkelijk rendement berekend, vermenigvuldigd met het aandeel van de aangever in de totale grondslag uit sparen en beleggen. Dit aandeel wordt ontleend aan de aangifte IB van hetzelfde jaar. Als deze ontbreekt, vul je de specificatie handmatig. Klik op de rekenmachine naast het veld om de precieze berekening te controleren.

Als het veld Voordeel uit sparen en beleggen op basis van werkelijk rendement (berekend tenzij gespecificeerd) lager is dan het veld Voordeel uit sparen en beleggen op basis van forfaitair rendement (berekend tenzij gespecificeerd), dan toont het veld Afname voordeel uit sparen en beleggen door lager werkelijk rendement een uitkomst groter dan 0. Deze afname is in principe de basis voor de te berekenen compensatie van de belastingplichtige (nog los van effecten op persoonsgebonden aftrekposten, heffingskortingen, aanslaggrens etc.). Als het voordeel uit sparen en beleggen volgens het werkelijk rendement hoger is dan volgens het forfaitaire stelsel, dan toont dit veld de waarde 0. Het indienen van het OWR-formulier heeft in dat geval geen toegevoegde waarde.

Let op!

Als sprake is fiscaal partnerschap en bij de ene partner is het veld Afname voordeel uit sparen en beleggen door lager werkelijk rendement groter dan 0 en bij de andere partner precies 0, dan moet toch voor beide partners een OWR-formulier worden ingediend. De opgaaf werkelijk rendement moet in geval van fiscaal partnerschap altijd gezamenlijk worden gedaan. Zodra één van de partners een lager voordeel uit sparen en beleggen heeft op basis van werkelijk rendement, moet dus voor beide partners een opgaaf worden ingediend.

M-biljet

Bij een M-biljet wordt een uitsplitsing gemaakt in binnenlandse periode, buitenlandse periode en hele jaar. Daarnaast wordt in de berekening van het voordeel uit sparen en beleggen ook een herleiding toegepast op basis van het aantal maanden binnenlandse en buitenlandse periode.

Ondertekening en contact

Op het scherm Ondertekening en contact vul je de gegevens van de contactpersoon. Vul hier de gegevens van de becon of kies voor de waarde Anders als je een andere contactpersoon invult.

Werkprogramma

De Belastingdienst heeft voor het uitwerken van het OWR-formulier een werkprogramma opgesteld. In dit werkprogramma staan controlevragen met betrekking tot het invullen, controleren en indienen van het OWR-formulier. Wanneer je het werkprogramma hebt toegepast bij het uitwerken, vink je het veld Toepassing werkprogramma aan. De Belastingdienst gebruikt deze informatie om het OWR-formulier op een meer efficiënte werkwijze af te handelen.

Rapportage

Op dit moment zijn er nog geen rapportages beschikbaar voor de OWR. De wizard voor het kiezen van je rapportage is daarom leeg. De rapportage zal binnenkort met een patch op Profit 6 beschikbaar worden.

Veelgestelde vragen

Wanneer kan ik een OWR-formulier insturen?

Moet ik in het geval van fiscaal partnerschap twee OWR-formulieren indienen (voor iedere partner een los formulier)?

Op welke manier wordt het werkelijk rendement bij fiscaal partnerschap berekend?

Kan ik meerdere keren over hetzelfde belastingjaar voor dezelfde belastingplichtige een OWR-formulier indienen?

Is het mogelijk om met het OWR-formulier een nieuwe (gewijzigde) verdeling van verdeelposten (zoals de grondslag sparen en beleggen en persoonsgebonden aftrekposten) op te geven?

Wordt in het Service Bericht Aanslag (SBA) van de IB/PVV rekening gehouden met het werkelijk rendement?

Op welke manier houdt de Belastingdienst rekening met de aftrek elders belast / voorkoming van dubbele belasting bij onroerend goed?

Kan de uitkomst van het werkelijk rendement ertoe leiden dat een belastingplichtige ineens niet meer voldoet aan de voorwaarden voor kwalificerende buitenlandse belastingplicht?

Welke onderdelen van de aanslag IB/PVV worden herrekend op basis van het OWR-formulier, als blijkt dat het werkelijk rendement lager is dan het (oude) forfaitair vastgestelde rendement?

Wordt de uitvraag van het werkelijk rendement ook verwerkt in de aangifte IB van 2025?

Direct naar

  1. Belasting en premies