Belastingdienst vastleggen bij de werkgever

Als je een instantie bij een medewerker wilt vastleggen, koppel je de instantie eerst aan de werkgever. Dit geldt ook voor de instantie Belastingdienst.

Je kunt een aantal aanvullende instellingen vastleggen bij de instantie Belastingdienst bij de werkgever.

Als je bij een werkgever verschillende perioden wilt verlonen, leg je per periodetabel een apart loonheffingennummer vast bij de werkgever. De werkgever/instantie bevat dus koppelingen naar alle benodigde periodetabellen. Hierbij is het echter niet mogelijk dat een medewerker overstapt van bijvoorbeeld maandverloning naar vierwekenverloning (ook niet door de medewerker eerst uit dienst te melden en dan weer in dienst te melden). Daarom komt het in de praktijk  vaak voor dat een werkgever met twee periodetabellen in Profit ook tweemaal wordt toegevoegd: bijvoorbeeld eenmaal met een gekoppelde maandtabel/loonheffingennummer en eenmaal met een gekoppelde vierwekentabel/loonheffingennummer.

Let op:

Als je van de Belastingdienst een nieuw loonheffingennnummer hebt gekregen vanwege wijziging van rechtsvorm of aangiftetijdvak, dan dien je in Profit een nieuwe werkgever aan te maken. De medewerkers meld je uit dienst bij de oude werkgever en in dienst bij de nieuwe werkgever.

Pas het bestaande loonheffingennummer niet historisch aan, aangezien dit kan leiden tot foute loonaangiften, correcties en/of een foute jaarloonopgaaf.

Als je de medewerkers opnieuw in dienst meldt bij de nieuwe werkgever, dan houd je rekening met de grondslag van de vakantietoeslag en de loopbaanhistorie.

Tijdens een loonjaar overstappen op Profit

Instantie Belastingdienst bij een werkgever vastleggen:

  1. Ga naar: HRM / Organisatie / Werkgever.
  2. Open de eigenschappen van de werkgever.
  3. Ga naar het tabblad: Instantie.
  4. Klik op: Nieuw.
  5. Selecteer de instantie Belastingdienst.
  6. Klik op: Volgende.
  7. Vul de begindatum in.
  8. Vul de naam van de inhoudingsplichtige in.

    Je vult de naam van de inhoudingsplichtige in, zoals die door de Belastingdienst aan hem is medegedeeld in de aangiftebrief waarin de aangifte- en betaaldata bekend zijn gemaakt. Hierin vul je dus niet de naam van de Belastingdienst zelf in.

    Dit veld wordt onder andere gebruikt door de Belastingdienst in de vooraf ingevulde aangifte inkomstenbelasting en het leidt tot veel handmatig uitzoekwerk bij de Belastingdienst als het niet correct is gevuld. Het is daarom van belang dat dit veld goed gevuld is.

  9. Vul de contactpersoon in.

    Je vult de naam van de persoon in die namens de aanleveraar eventuele fiscaal-technische vragen en vragen over de inhoud van het bericht kan beantwoorden. Je vult hier dus niet een naam van een organisatie in.

    Het is voor de Belastingdienst van belang dat dit gegeven actueel is, zodat zij bij inhoudelijke vragen over de betreffende loonaangifte contact op kunnen nemen met de juiste persoon.

    A&A kantoren en andere intermediairs die voor verschillende inhoudingsplichtigen aangifte doen, vullen dit veld conform het volgende masker: "KC-XXXXXXXXXXXX...............". De vaste waarde "KC-" fungeert dan als een indicator dat de rubriek gevuld is volgens deze invulinstructie. Op de plek van de 12 X-en komt het loonheffingennummer van de aanleveraar te staan. Op de 20 puntjes kan de naam van de contactpersoon worden ingevuld. Indien deze invulinstructie (die overigens niet verplicht is) wordt gevolgd, kan de Belastingdienst analyses uitvoeren betreffende de kwaliteit van alle berichten die door een bepaalde aanleveraar zijn ingestuurd.

  10. Vul het telefoonnummer in.

    Je vult het telefoonnummer van de contactpersoon van de aanleveraar in, die je in bovenstaand veld hebt ingevuld. Hier vul je dus niet het nummer van de Belastingtelefoon of een fictief telefoonnummer in.

    Het is voor de Belastingdienst van belang dat dit gegeven actueel is, zodat zij bij inhoudelijke vragen over de betreffende loonaangifte contact op kunnen nemen met de juiste persoon.

    Voor buitenlandse telefoonnummers moet in plaats van de twee voorloopnullen een "+" opgegeven worden. Verder mag de rubriek alleen cijfers bevatten.

  11. Klik op: Voltooien.
  12. Open de eigenschappen van de instantie Belastingdienst.
  13. Ga naar het tabblad: Loonheffingsnummer.
  14. Klik op: Nieuw.
  15. Selecteer de periodetabel.
  16. Vul de begindatum in.

    Start een werkgever gedurende het jaar? Zorg er dan voor dat de instantie Belastingdienst bij de werkgever een ingangsdatum heeft van 1 januari van het betreffende jaar. Zet dus zowel de begindatum van de inhoudingsplichtige als van het loonheffingsnummer op 1 januari van dit jaar. Hierna kunnen de aangiften van de eerdere perioden worden onderdrukt en gecontroleerd.

    Loonaangiften moeten op chronologische volgorde worden verstuurd. Dus eerst periode 1, daarna periode 2, vervolgens periode 3 enzovoorts. Om dit te kunnen doen, is het belangrijk dat het loonhefffingennummer in Profit is vastgelegd per 1 januari en niet halverwege het jaar.

  17. Vul het loonheffingsnummer in.
  18. Klik op: Voltooien.
  19. Klik op: Opslaan en sluiten.

Zie ook

Direct naar

  1. Werkgever
  2. Cao toevoegen
  3. Instantie Belastingdienst toevoegen
  4. Sluitingsdagentabel toevoegen
  5. Werkgever toevoegen
  6. Template werkgever
  7. Code wijzigen
  8. Werkgever blokkeren
  9. Afwijkende CBS/CAO code per werkgever vastleggen
  10. Voorkeurwaarden vastleggen
  11. Cao koppelen
  12. Instanties koppelen
  13. Belastingdienst vastleggen bij de werkgever
  14. Contactgegevens loonaangifte
  15. Loonheffingennummer vastleggen bij de werkgever
  16. Afwijkende betaalinstellingen op werkgeverniveau vastleggen
  17. Werkgever en mutaties bij werkgevers importeren
  18. Functietypes toevoegen
  19. Functies toevoegen
  20. Functies bij werkgever importeren
  21. Functies vertalen
  22. Accountancy gegevens vastleggen per werkgever