Werken met jaarrapportage
Ieder jaar moet een onderneming aangifte doen over het resultaat van het vorige boekjaar. Als een onderneming gedurende een boekjaar stopt moet aangifte worden gedaan over het resultaat van het lopende boekjaar. Hiervoor maak je een aantal rapporten, die wij gezamenlijk de jaarrapportage noemen.
- Afschrijvingsstaat.
Bij het opstellen van de jaarrekening wordt vaak een afschrijvingsstaat opgesteld ter verantwoording van het saldo op de balansrekeningen voor materiële en immateriële activa en de daarbij horende kostenrekeningen voor de afschrijvingen.. Een afschrijvingsstaat toont aan de hand van twee peildatums de waarden op de begindatum, de mutaties tussen de twee peildatums en de waarden op de einddatum. Na het opstellen kan deze lijst worden ge-e-maild naar een boekhouder of accountant.
- Afloopcontrole.
In het proces van jaarrapportage worden vaak afloopcontroles toegevoegd voor het verantwoorden van het saldo op bijvoorbeeld de grootboekrekeningen 1300: Debiteuren of 1600: Crediteuren. Een afloopcontrole toont op de einddatum van een boekjaar, of een zelf opgegeven peildatum, de openstaande posten van dat moment. Daarnaast toont dit rapport of deze openstaande posten in de periode tot het de datum van dit rapport al dan niet zijn voldaan.
- Winst- en verliesrapportage.
Het is mogelijk om op ieder moment inzicht te hebben in de onderliggende details van jouw resultaat. Dit noemen wij de het Winst en Verlies overzicht. Hier zie je de details van alle grootboekrekeningen van het type Opbrengsten en Kosten.
- Jaarcontrole.
Voordat je een jaarrekening over een boekjaar kunt opstellen en deponeren moet je eerst de jaarcontrole uitvoeren. Hierin controleer je op een gestructureerde manier of de jaarsaldi voor alle in dat boekjaar gebruikte grootboekrekeningen correct zijn en niet meer gewijzigd sinds de laatste controle.
- Jaarrekening voorbereiden.
Voordat je een jaarrekening toevoegt moet je bepalen welke secties je wilt meenemen. Daarnaast kan je een aantal gegevens vastleggen die niet het gevolg zijn van bedrijfsprocessen, zoals inkoop en verkoop. Dit gaat om zogenaamde extracomptabele boekingen.
- Jaarrekening opstellen.
Met SB kan je een volledige jaarrekening of jaarrapport genereren, opgemaakt in jouw eigen huisstijl. Dit rapport bevat alle financiële informatie over een bepaald boekjaar. Afhankelijk van de rechtsvorm worden bepaalde secties automatisch getoond of verborgen. Je kunt ook zelf per administratie bepalen welke secties je al dan niet wilt tonen. Na het toevoegen kan een ondernemer de resultaatverdeling bepalen en de jaarrekening ondertekenen en vaststellen.
- Resultaatbestemming.
Na het opstellen en ondertekenen van een jaarrekening, of als je gedurende een boekjaar dividend wilt uitbetalen, wordt een vergadering met de aandeelhouders belegd waarin een resultaatbestemming wordt bepaald. Dit is de overboeking van het onderdeelde resultaat naar bijvoorbeeld het eigen vermogen of aandeelhouders.
- Privéboekingen.
Is jouw onderneming een Eenmanszaak, Vennootschap onder Firma of Commanditaire Vennootschap? Dan moet je nádat je een jaarrekening definitief hebt gemaakt de Privéstortingen en Privé-opnames overboeken naar het Eigen vermogen.
- KVK-stukken.
Nadat je een jaarrekening definitief hebt gemaakt moet je eventueel de KVK-stukken deponeren. Dit is voor sommige ondernemingen van het type Micro of Klein verplicht. Weet je niet zeker of je moet deponeren? Klik dan hier voor meer informatie.
- RGS-Brugstaat.
Accountants werken vaak met verschillende softwarepakketten voor de boekhouding en voor de fiscale aangiften. Als je fan bent van AFAS dan gebruik je natuurlijk SB en Profit. Om de benodigde financiële gegevens uit te wisselen tussen deze softwarepakketten is een standaard ontwikkeld op basis van het referentiegrootboekschema (RGS). Dit stelt accountants in staat om de fiscale aangifte voor hun cliënten te doen zonder de gegevens te hoeven overkloppen.